Likeur maken


Even ben ik terug in Slovenië: naar een gezellig huisje tegen een heuvel aan. Wij vierden vakantie in het huisje van mevrouw Radu. Zo heette ze niet echt, maar zo noemde ik haar. Radu komt in het Sloveens voor als ‘vrolijk’ en onze gastvrouw was het zonnetje in huis. Om het huisje lag haar tuin die ze met veel liefde en toewijding verzorgde. Overal stonden en hingen bloemen, waren er allerlei soorten fruit te vinden, een kruidentuin inclusief kabouters en had ze een moestuin. Zij sprak geen Engels en ik geen Sloveens. En toch hebben we honderduit gepraat over alles wat er groeide en wat we ermee kunnen koken, dat wordt door iedereen verstaan.

Mevrouw Radu maakte veel fruit in én ze maakte haar eigen blauwe bessen likeur, borovnichev liquer. Zalig! Ze leerde mij deze likeur ook te maken.

Nu zijn er een aantal dingen die je even moet weten als je likeur gaat maken, en is het goed om vooraf je rekensom te maken. Dan smaakt hij niet alleen het lekkerst, maar weet je ook of je het lang bewaren kan.


Allereerst

Als je de likeur lang wilt bewaren, heb je een alcoholpercentage van boven de 20% nodig.
Maak je likeur met fruit, en komt het alcoholpercentages onder de 18%, dan gaat het fruit gisten.

Rekensom

Hoe reken je het alcoholpercentage uit als je met fruit een likeur wilt maken? Dan is dit het uitgangspunt:
1 liter alcohol (1.000cc) + ….gram fruit + 200 gram suiker.

We gaan uit van wodka omdat deze in een ‘smaakloze’ variant te koop is en 40% alcohol heeft. Dat is best hoog en dus handig voor lang houdbare likeur.

Stel, je hebt 750 gram fruit. Het bestaat voor ongeveer 90% uit vocht. Dit vocht verdunt de alcohol waardoor het alcoholpercentage naar beneden gaat.
90% van 750 = 675 gram vocht.

Tel de volumes op: 1.000 (wodka) + 675 vocht uit fruit + 200 suiker = 1.875.

1.000cc : 1.875 = 0,533 x 40% (alcohol in wodka) = 21,3% alcohol


Recept & werkwijze

1 liter wodka
fruit naar keuze
200 gram kristalsuiker, of bruine suiker, of rietsuiker

Met de rekenmethode bij de hand kan je los! Kies fruit dat je in de tuin hebt of vers hebt gekocht, zoals blauwe bessen (dan maak je de likeur van mevrouw Radu). Of ga voor aardbeien, pruimen, citroen of kweeperen. Ga aan de slag en begin met het wegen van de hoeveelheid fruit. Dat is je startpunt om het alcoholpercentage te bepalen.

– Doe de ingrediënten samen in een pot, doe de deksel erop en schudt.
– Zet de pot koel en donker weg, en blijf af en toe even schudden. Na verloopt van tijd wordt de suiker opgenomen.
– Laat het minimaal twee maanden staan, langer mag ook.
– Giet de inhoud daarna door een zeef (waar ook een neteldoek in ligt).
– En vul een aantal flessen/flesjes met de likeur. Vul ook een paar leuke gezellige flesjes, dan heb je meteen een tof cadeautje om eens weg te geven.

Wil je dat de likeur minder sterk is? Voeg dan na het ‘rijpingsproces’ water toe en/of gebruik meer suiker. Hij is dan wel weer minder lang houdbaar. Ook geen ramp, behalve dan dat het sneller op ‘moet’.


Koffielikeur met kersen

Echt lekkere koffielikeur is één van mijn favorieten, samen met de blauwe bessenlikeur (die je overigens ook heel goed ijskoud kan drinken). In het voorjaar kreeg ik een flinke bak met kersen van de buren. En terwijl ik de kersen schoonmaakte, kwam de gedachte van Schwarzwalder Kirsch in me op. De smaak van koffie, mokka en kersen is superlekker en tja, toen was het sprongetje naar koffielikeur zo gemaakt. Koffielikeur doet me denken aan hopjes (het snoepje) en karamel, en ligt dus in elkaars verlengde. De combinatie van koffie, bruine suiker en kersen werd een hele goede likeur. Zoete, stroperige koffiekaramel met een zuurtje van de kersen.

Ik gebruikte:
1.000 cc wodka
80 gram koffiebonen (flink stevig van smaak, hoge branding met weinig zure bonen)
1 vanillepeul, uitgeschraapt merg en peul
500 gram bruine suiker
350 gram kersen

Ook dit mengsel laat je minstens 2 maanden koel en donker staan. Daarna zeef je het en vul je je flesjes ermee. De likeur heeft 21% alcohol.